Apps, games helpen Parkinson-patiënt aan het sporten

13 september 2019
Parkinsons_edited-570x360
Apps
Nieuws

Ondanks dat sporten bekend staat als gezond vinden veel mensen het lastig om een sportprogramma langdurig vol te houden. Dit geldt nog meer voor mensen met een chronische ziekte als Parkinson, waarbij de lichamelijke en geestelijke beperkingen een extra belemmering vormen.

Patiënten uitdagen

De door ZonMW gefinancierde Park-in-Shape studie toetste een innovatieve oplossing voor deze uitdaging. De deelnemers werden in twee groepen verdeeld. Beide groepen hadden een motiverende app tot hun beschikking, die de deelnemers beloningen in het vooruitzicht stelde als ze zouden gaan sporten.

De controlegroep deed alleen rek- en strekoefeningen, terwijl de actieve groep een hometrainer in huis kreeg waarop de deelnemers minstens drie keer per week gedurende 30-45 minuten stevig moesten fietsen.

De hometrainer van de actieve groep was bovendien uitgerust met motiverende games, zodat het voor de deelnemers leuk en uitdagend bleef. De fietsers konden bijvoorbeeld tegen een eerdere prestatie van zichzelf racen – een ‘ghost rider’ – of tegen een groepje andere fietsers. Het systeem paste de moeilijkheid van het spel aan aan de hartslag van de patiënt, zodat de uitdaging precies goed was. Bovendien werden de uitdagingen groter naarmate de deelnemers fitter werden.

Veel voordelen door sport

Dankzij deze motiverende elementen fietsten de deelnemers trouw drie keer per week op de hometrainer. De fietsende patiënten hadden na de studie een significant betere conditie, wat veel voordelen heeft. Ook was de motoriek significant beter bij de fietsende groep: volgens de gouden standaard (de MDS-UPDRS score) scoorde de fietsende groep gemiddeld 4.2 punten lager dan de controlegroep.

“We waren blij verrast dat de mensen met Parkinson het sporten zo goed volhielden. Bovendien was het gunstige effect op de motoriek groot genoeg om klinisch relevant te zijn. Een belangrijke aanvulling op de medicatie”, zegt promovenda Nicolien van der Kolk.