Infectieradar was één van de eerste manieren waarmee het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) de verspreiding van het coronavirus, in de gaten houdt. Deelnemers aan Infectieradar konden wekelijks doorgeven of zij klachten hadden die kunnen passen bij een besmetting met het coronavirus. Het doel was om signalen van veranderingen in verspreiding snel op te pikken.
Toekomstbestendige website
Infectieradar gaat nu - na een pauze in de zomermaanden van start met wat het RIVM een ‘nieuwe toekomstbestendige’ website noemt. Het RIVM gaat als eerste stapsgewijs de ruim 40.000 bestaande deelnemers uitnodigen om weer mee te doen. Dit betekent dat deze deelnemers weer wekelijks een vragenlijst kunnen invullen waarmee ze doorgeven of zij klachten hebben die kunnen wijzen op een besmetting met het nieuwe coronavirus. Ook als ze geen klachten hebben, geven ze dit door.
Het is de bedoeling dat binnen een paar weken ook nieuwe deelnemers zich kunnen aanmelden om mee te doen aan Infectieradar. De informatie die dat oplevert, dient nu vooral als een aanvulling op de andere gegevens en onderzoeken van het RIVM over het nieuwe coronavirus, zoals metingen van aanwezigheid van het virus in rioolwater. Juist nu het virus weer om zich heen grijpt, is die extra informatie belangrijk.
‘We weten dat veel mensen met het nieuwe coronavirus milde of weinig klachten hebben’, schrijft het RIVM. ‘Ze wachten soms even met het maken van een testafspraak. Of ze laten zich niet testen. Door bij te houden of mensen in Nederland klachten hebben die kunnen wijzen op het nieuwe coronavirus kunnen we een opleving of daling van het virus snel oppikken. Zo is Infectieradar een mooie aanvulling op de andere cijfers die het RIVM voortdurend verzamelt, analyseert en publiceert over het nieuwe coronavirus.'
Ernstig veiligheidslek Infectieradar
Infectieradar werd begin juni offline gehaald nadat de NOS op basis van onderzoek meldde dat er een ernstig veiligheidslek in zat. Iedere deelnemer had een uniek nummer van acht cijfers. Bij het invullen van de vragenlijst was dat nummer te zien in de adresbalk. Wie het nummer veranderde, kreeg het formulier van iemand anders te zien. Het RIVM vroeg deelnemers niet om hun naam, maar e-mailadres, geboortejaar en de cijfers van de postcode waren wel zichtbaar. Daarmee zou het in veel gevallen mogelijk zijn om de identiteit van deelnemers te herleiden.
De kwetsbaarheid in de website bleek al te bestaan sinds de lancering op 17 maart. Volgens het RIVM waren er wel degelijk voorafgaand aan lancering van Infectieradar veiligheidschecks uitgevoerd op de gebruikte software. Ook werden de vragenlijsten dagelijks geleegd. In eerste instantie was het de bedoeling in september weer op te starten. Het RIVM stelde in augustus dat er een nieuw ICT-systeem voor Infectieradar ontwikkeld wordt dat veiliger en gebruiksvriendelijker is. In de toekomst wordt Infectieradar ook ingezet om andere infectieziekten te volgen.
