MaastrichtUMC+ onderzoekt voordelen virtuele zorgverlener

27 oktober 2016
Nieuws

De virtuele persoonlijke zorgbegeleider wordt de komende jaren gemeengoed. Volgens marktonderzoeksbureau Gartner zal tegen 2025 de helft van de wereldbevolking gebruik maken van een dergelijke VPA (virtual personal assistant), die op basis van concepten zoals machine learning en kunstmatige intelligentie-platforms leert om mensen relevant persoonlijk advies te geven en te ondersteunen in zorgtrajecten. In Nederland onderzoekt het Maastricht UMC+ de mogelijkheden van een dergelijke VPA.

Het op afstand begeleiden van patiënten met chronisch hartfalen kan effectiever en gebruiksvriendelijker door een virtuele verpleegkundige in te zetten, zo meent het Maastrichtse universitair medisch centrum. Het Hart+Vaat Centrum van het Maastricht UMC+ onderzoekt momenteel de ervaringen van dertig patiënten en hun medisch behandelaars met deze nieuwe vorm van wat omschreven wordt als telebegeleiding. De 'slimme' digitale verpleegkundige heeft de naam 'Molly' gekregen. Zij helpt patiënten met het dagelijkse gebruik van de online tool MijnHartfalencoach.

Voordelen digitale zelfhulp

Telemonitoring heeft meerdere functies. Er wordt  educatie aangeboden aan gebruikers, terwijl ook de lichaamsfuncties van een patiënt op afstand gecontroleerd worden door zorgverleners. Uit Maastrichts onderzoek bleek eerder al dat deze digitale zelfhulp bij hartfalen een aantal voordelen oplevert. Zo resulteert het gebruik van telemonitoring in meer ziektespecifieke kennis en zelfzorg, minder ziekenhuisopnamen en lastenverlichting voor de hartfalenverpleegkundige. De introductie van 'Molly' (een zogeheten zorg-avatar) moet de effectiviteit van hartfalenbehandeling verder verbeteren.

Molly zal patiënten met chronisch hartfalen op diverse manieren ondersteunen in het dagelijks gebruik van digitale zelfhulp via een smartphone of tablet. De virtuele verpleegkundige zal onder meer stimuleren om dagelijks gewicht en bloeddruk te controleren en persoonlijk advies geven over de behandeling. Om de patiënt beter te leren omgaan met hartfalen, gebruikt Molly een kennismodule uit MijnHartfalencoach: 'Wat iedereen moet weten over hartfalen'. Alle antwoorden en reacties die patiënten geven, worden opgeslagen op een gecertificeerd zelfzorgplatform, zodat de hartfalen-verpleegkundige in het ziekenhuis mee kan kijken. Zo kan proactief worden gehandeld op actuele symptomen en klachten om verergering van de aandoening te voorkomen.

Vroegtijdig signaleren klachten

Het nu lopende onderzoek is vooral gericht op het vroegtijdig signaleren van klachten en het bekijken hoe hartfalen effectiever kan worden behandeld. Ook wordt gekeken naar de mogelijkheden om de nazorg van patiënten te verbeteren. Prof. dr. Hans-Peter Brunner La-Rocca, hoogleraar Cardiologie & Klinisch Hartfalen, stelt: "Wij verwachten dat onze patiënten zich nog meer op hun gemak zullen voelen door een op maat gesneden benadering. Wij hopen op die manier een nog beter inzicht te krijgen in hoe mensen in het dagelijks leven omgaan met hartfalen en wat het effect van onze behandeling is."

In het onderzoeksproject werkt het Maastricht UMC+ samen met de Nederlandse eHealth specialist Sananet (de ontwikkelaar van MijnHartfalencoach) en Sense.ly, producent van intelligente zorg-avatars uit Silicon Valley. Jan Ramaekers, CEO van Sananet: "Werken met zorg-avatars maakt online coaching nog effectiever, waardoor patiënten met hartfalen en andere chronische aandoeningen vitaler kunnen leven. Door de zorgavatar-technologie te verbinden met medisch gevalideerde eCoaches zetten we een cruciale stap naar volledig gepersonaliseerde eHealth."

Meer weten over het onderzoek van Gartner over VPA’s? Kijk op de internationale site van ICT&health.