Rechtbank Midden-Nederland wijst vordering Praktijkhoudende Huisartsen (VPH) af

20 oktober 2017
Rechtshamer
Patiënt
Nieuws
De rechtbank oordeelde dat de manier waarop het systeem is ingericht niet in strijd is met de wet bescherming persoonsgegevens. De uitspraak stelt de discussie rondom het LSP wel op scherp: Hoewel er theoretisch geen verplichting is tot aansluiting op het LSP, is er voor de huisarts, anders dan VZVZ stelt, in de praktijk geen sprake van een vrijblijvende keuze, zo stelt de rechtbank.

De rechtbank heeft de VZVZ volledig in het gelijk gesteld en de zes eisen van de VPHuisartsen afgewezen. Daaronder de onmiddellijke stopzetting van het gebruik van het LSP en andere werkzaamheden van de VZVZ, nu en in de toekomst. Dat betekent dat de VZVZ door kan met het LSP in de huidige vorm. Het is nog niet duidelijk of VPHuisartsen in hoger beroep gaat.

Bestuursvoorzitter Ben van Miltenburg reageerde:
"Dit is een belangrijke en positieve uitspraak. Wij kunnen ons nu weer volledig richten op ons werk voor zorgverleners en patiënten. De VZVZ heeft altijd betoogd dat het LSP, de zorginfrastructuur van de VZVZ, van belang is voor kwaliteit van de zorg. De patiënt staat centraal in het zorgproces. Daarom is het zo belangrijk dat diens medische gegevens in het kader van zijn behandeling 24/7 beschikbaar zijn. Het LSP zorgt er voor dat die uitwisseling veilig en efficiënt verloopt.

" Ben van Miltenburg over het vervolg: "
Wij hopen dat de uitspraak van de rechtbank een signaal is voor veel zorgverleners om het LSP nu verder te gaan gebruiken. Dan kunnen patiënten er echt op vertrouwen dat hun vitale gegevens beschikbaar zijn op het moment dat het echt nodig is. Dan is de patiënt pas de echte winnaar." Voor de VZVZ betekent de uitspraak vooral dat alle energie gestoken kan worden in de verdere ontwikkeling van het LSP en het stimuleren van het gebruik.

Bron: Rechtspraak & VZVZ