Subsidie voor ontwikkeling fysieke fitheid app

24 augustus 2020
Fitheid-Smartphone
Apps
Nieuws

“Het bevorderen van de fitheid van patiënten is een belangrijke stap in het herstelproces van veel patiëntgroepen, en dit begint bij vaststellen van de fitheid", aldus sportarts Schep. Hij doet al jaren onderzoek naar het effect van fysieke fitheid op het herstel van patiënten. Tot zijn spijt moest tijdens dat onderzoek concluderen dat fysieke fitheid nog steeds niet standaard meegenomen in de zorg. Bijzonder, aangezien het belang en de positieve invloed van fysieke fitheid op onze gezondheid al meerdere malen aangetoond is.

Fysieke fitheid app

Naast het ontbreken van kennis over hoe fysieke fitheid bevorderd kan worden speelt ook het feit mee dat fysieke fitheid lastig te meten is. "In MMC ontwikkelen we daarom een innoverende vragenlijst. Daarmee kunnen we fitheid inmiddels heel goed meten. Vervolgens moeten we er ook voor zorgen dat de vragenlijst eenvoudig toegankelijk wordt: een voorwaarde om hem goed toe te kunnen passen", zo vertelt Schep. Bijzonder is dat de lijst uit slechts drie vragen bestaat. Die zijn bovendien zo eenvoudig en accuraat dat de bedenkers op termijn verwachten dat de lijst ook internationaal ingezet kan worden.

Samen met Interactive Studio's wordt de test daarom nu in een app verwerkt. De app moet de fitheid van patiënten tijdens een behandeling monitoren en meten. Indien nodig kan de app vervolgens zowel de zorgverlener als patiënt voorzien van advies op maat om de fitheid te verbeteren. "Het uiteindelijke doel is dat patiënten meer in regie komen over hun eigen fitheid en praktische handvatten krijgen om te bewegen en trainen, passend bij hun conditie", aldus Schep.

De doorontwikkeling van de vragenlijst in een app is mede mogelijk geworden dankzij de subsidie van het Stimuleringsfonds van de 21 gemeenten die verenigd zijn in de Metropoolregio Eindhoven (MRE). “Toekenning van de subsidie is heel fijn: met deze aanjaagsubsidie kunnen we een belangrijke vervolgstap zetten in dit project en naast een eerste publicatie tegelijkertijd een digitale toepassing realiseren", zo vertelt Schep.