Tweede Kamer bijgepraat over corona-apps

22 april 2020
Arts_Mobiel_Wit
Apps
Nieuws

Deze ochtend praten technische en privacy-experts vertegenwoordigers van de Tweede Kamer bij over hoe zij aankijken tegen het selectieproces van VWS en over nut en werking van corona-apps voor tracking en monitoring. Kamerleden zoals van Denk tonen zich erg kritisch over de aanpak van VWS. Er is veel vrees over de impact van apps op langere termijn, op gebieden zoals privacy en ethiek. We geven hier een (niet volledige) selectie van vragen, reacties en antwoorden weer.

De experts geven onder meer aan dat zij positief zijn over de mate van openbaarheid van het proces bij de zoektocht naar corona-apps, maar niet over vorm en inhoud. Die transparantie, het zich kwetsbaar opstellen, moet de komende tijd vastgehouden worden - zij het wel met een beter proces er omheen. Het is belangrijk dat de betrokken partijen bij de overheid zich nu niet - geschrokken door alle kritiek - terugtrekken op de ministeries, aldus mevrouw Stikker, directeur Waag.

Zij spreekt tegelijkertijd zorgen uit over een initiatief van Google en Apple om tracking en tracing in te bouwen in de besturingssystemen, wat dit voor effecten zal hebben op de langere termijn. "Dit is misschien ook een functie in de hardware die je niet wil accepteren, het gaat hier om partijen die al weinig vertrouwen op privacy-gebied genieten."

Pleidooi voor uitgebreide testfase

Er wordt door diverse experts gepleit voor een uitgebreide testfase. Sommige experts verwachten dat de huidige generatie smartphones en beschikbare software niet in staat zijn om goede nabijheidsmetingen te garanderen die nodig zijn voor een succesvolle toepassing van tracking-apps. "Ongeacht de gebruikte technologie - ook Bluetooth - zul je nooit de gewenste mate van accuratesse bereiken voor een nabijheidsmeting."

Niels Chavannes, hoogleraar e-health en huisarts, noemt de selectie van de corona-apps en de betrokkenheid van burgers (24.000 mensen gaven hun mening online) vooral een interessant experiment. Hij pleit toch voor een stapje terug, minder vergaande mogelijkheden dan traceren op persoonsniveau. "De komende weken op groepsniveau en postcodeniveau kijken of er nieuwe haarden ontstaan, zodat we per regio of postcode kunnen ingrijpen om het werk van GGD's te vergemakkelijken." Zo hoeven lockdownmaatregelen niet weer landelijk ingevoerd te worden.

Dhr de Vries, hoogleraar technische natuurwetenschappen van de TU Delft, vindt dat we verder moeten kijken dan alleen privacy en technologie bij de inzet van corona-apps en smartphones. "Hoe komen we de komende tijd uit deze crisisfase, waarbij iedereen op afstand van elkaar moest leven en we veel van technologie afhankelijk werden?"

In antwoord op vragen van Kamerlid Veldman (VVD) stelt de Vries dat het ook de vraag is of je wel apps moet inzetten. "Denk aan de langetermijneffecten. Als je deze technologie eenmaal inzet, is er niet gewoon een uitknop. Het is de vraag of je die weg wilt inslaan met technologie waar nog zoveel vragen over zijn."

Uiteenlopende resultaten corona-apps

Dhr Creemers, hoogleraar China Studies, Universiteit van Leiden, wijst op de uiteenlopende resultaten van de inzet van apps, zoals in Singapore en Zuid-Korea. Factoren zijn onder meer de mate van gebruik en de kwaliteit van de data, evenals of er sprake is van goede zelfrapportage. In Singapore heeft slechts 1 op de 5 mensen de app op de smartphone gezet. Hier is er toch weer een coronapiek gekomen. In Zuid-Korea is er proactief en dwingender ingezet op twee apps als onderdeel van het containmentbeleid. Dit heeft een lockdown voorkomen. "In deze fase zitten we in Nederland duidelijk nog niet."

Kamerlid Jansen (PVV) wil wat meer weten over tracking op groepsniveau. Chavannes stelt hierover: "Het is wetenschappelijk gezien een heel slecht idee om door te gaan op het huidige pad. Hiermee verspilt het kabinet al het vertrouwen dat in de afgelopen weken is opgebouwd." Hij meent dat met het verzamelen van afdoende data op postcodeniveau heel snel, binnen een dag, veranderingen in gedrag en besmettingen in kaart gebracht kunnen worden waarop geacteerd kunnen worden.

Chavannes wijst op alternatieven die veel minder vergaand zijn, zoals het bijhouden van een digitaal dagboek, waarmee je ook veel meer mensen kunt betrekken zoals ouderen en niet alleen digitaal vaardige jongeren. Een voorbeeld is de COVID-Radar, door ruim 200.000 mensen gebruikt, goed verspreid over allerlei niveaus zoals geslacht, leeftijd, sociale opbouw. "Dit is een tracking-tool waarmee je op groepsniveau veranderingen in ziekteniveau in kaart kunt brengen." Chavannes verwacht dat dit in Nederland beter werkt dan de Zuid-Koreaanse methode, om mensen op de huid te zitten"

Betere inzet bestaande apps

Kamerlid Buitenweg (D66) wijst op het bestaan van al gebruikte apps zoals de COVID-Radar en de Corona Check app (voor monitoring van coronaklachten), wat daar al mee gedaan kan worden. Hoe kan dat beter ingezet worden en zal dat genoeg zijn?

Chavannes stelt hierop dat zij zich in de appathon 'gestort hebben als NeLL om te kijken of het mogelijk was om iets nieuws te ontwikkelen. Het resultaat was overduidelijk: dit werkt niet. "Simpel, vertrouwd, bewezen effectief. population health management, goede voorlichting, dan dragen we al op hele realistische wijze bij." Apps zoals de COVID-Radar en de Corona Check-app, met nu 100.000 tot 200.000 gebruikers, zouden hiertoe opgeschaald kunnen worden.

De Vries vindt dit een goede sugestie, beter dan de ontwikkeling van nieuwe apps, al waarschuwt hij wel dat ook hier belangrijk is te kijken naar psychologische factoren die mede bepalen of en hoe mensen bij dergelijke apps betrokken kunnen raken en blijven - denk aan groepsdruk.

Creemers stelt dat we in twee maanden centen bespaard hebben die ons nu miljarden kosten, door een eurocentrische arrogantie, het idee dat ons niet kon overkomen wat in China kon gebeuren. "Op het vlak van technologie denk ik dat er een aantal zaken eerder hadden kunnen gebeuren." Hij is het eens met Chavannes over de werking van meer indringende tracking- en tracing-apps zoals in Azië, maar stelt dat apps die bijvoorbeeld in gaten houden waar meer mondkapjes worden verkocht, ook al veel kunnen vertellen over waar er meer crisisproblemen zijn.

In totaal zijn er vier rondes in de hoorzitting over corona-apps, waarin ook privacy-experts van digitale burgerrechtenorganisaties zoals Bits of Freedom aanbod kwamen. Vanuit deze hoek was er de afgelopen weken al veel kritiek op de ontwikkeling van de apps en alle privacy-vraagstukken die daarbij te weinig aan de orde zouden komen.