Meerwaarde smartphones en wearables; wat mag een app kosten?

21 februari 2019
Meerwaarde smartphones en wearables; wat mag een app kosten?
Technologie

In deze rubriek licht ditmaal dr. Tom van de Belt diverse wetenschappelijke studies toe op het snijvlak van digitalisering en gezondheid. Eén studie bekijkt de meerwaarde van smartphone en wearable om de gezondheid te bevorderen. In een tweede studie is onderzocht wat mensen bereid zijn om te betalen voor een m-health app. Bij de derde studie wordt het meten van stappen met een smartphone, stappenteller en wearable vergeleken.

Afvallen met alleen app of met app én wearable?

De kwaliteit van gezondheidsgegevens verzameld met smartphones en wearables groeit snel. Denk aan de laatste generatie Apple Watch, die een ‘medical grade’ ECG maakt. Ook kunnen mensen hun gezondheidstoestand en leefstijl steeds beter in kaart brengen door stijgende gebruiksvriendelijkheid van apps en wearables. Patiënten én zorgverleners zien ook het belang van deze gegevens, aanvullend op gegevens verzameld door zorgverleners. Het lijkt erop dat de extra data  een vast onderdeel worden van het medisch dossier. De Koreaanse onderzoeker Jeong-Whun en collega’s deden een onderzoek naar de impact van apps en wearables op uitkomsten van zorg.1  

Het onderzoeksteam richtte zich op mensen met obstructieve slaapapneu (OSA), vaak veroorzaakt door obesitas, roken en/of alcoholgebruik. Niet verrassend is de behandeling van OSA daarom gericht op het aanpassen van de leefstijl. De belangrijkste vraag die de onderzoekers stelden was in hoeverre sprake was van het afvallen met een app en/of wearable. Ze voerden een RCT uit met 60 mensen verdeeld over drie groepen. De interventie betrof een app die gekoppeld was met de Health app (Samsung Health) op de smartphone van de gebruiker én met het EPD van een zorgverlener. Uit de Health app werden zelf verzamelde gegevens verkregen zoals gewicht en voeding. Gebruikers hielden de gegevens dagelijks bij. Ook konden zorgverleners reageren op de ingevoerde waarden om de gebruiker te coachen.

De eerste groep gebruikte de app, eigenlijk een persoonlijk gezondheidsdossier. De tweede groep kreeg dezelfde app, maar met een apart wearable device om activiteit vast te leggen (Samsung Charm). De derde groep betrof de controlegroep met alleen de standaardbehandeling. Dit betrof het advies om rekening te houden met voeding en beweging, zonder een app en/of wearable te gebruiken.