Aantal ziekenhuizen met patiëntportaal stijgt spectaculair

8 oktober 2018

Patiënten willen graag thuis op de bank in alle rust kunnen nalezen wat de dokter zei of wat de uitslag van een medisch onderzoek is. Nictiz, expertisecentrum e-health, onderzoekt sinds 2016 jaarlijks bij welke ziekenhuizen dit kan. Uit recent gepubliceerde resultaten blijkt dat ruim 60 procent van de Nederlandse ziekenhuizen inmiddels een patiëntportaal heeft, bijna een verdubbeling ten opzichte van vorig jaar. Een mooie vooruitgang, ook in het licht van het Informatieberaad Zorg waarin overheid en zorgsector een betrouwbare en veilige uitwisseling van zorggegevens stimuleren. Charlotte Schreuder, e-healthadviseur bij Nictiz, gaat dieper op de bevindingen in en blikt vooruit op de toekomst.

De opkomst van patiëntportalen bij ziekenhuizen in 2016 gaf voor Nictiz aanleiding om deze trend te gaan monitoren. Bij hoeveel ziekenhuizen kunnen patiënten een vraag aan hun arts stellen via een e-consult? Of online hun laboratoriumresultaten inzien? Schreuder: “Dat was twee jaar geleden nog nergens inzichtelijk. Door het in kaart te brengen, creëren we bewustwording en stimuleren we de verdere ontwikkeling van de portalen.” Overzicht patiëntportalen De resultaten van het onderzoek kan iedereen inzien op www.hoeonlineisjouwziekenhuis.nl. Dat biedt een overzicht van welke ziekenhuizen een patiëntportaal hebben en welke functies het portaal aan patiënten biedt. Patiënten zien in een oogopslag hoe ver hun ziekenhuis is met online gegevensuitwisseling en wat er allemaal mogelijk is. Ook medewerkers van ziekenhuizen volgen de resultaten. Schreuder: “Ik ontvang vaak mails van projectleiders en communicatieadviseurs waarin ze met trots aankondigen dat hun ziekenhuis binnenkort een patiëntportaal lanceert.” Omdat de ontwikkelingen snel gaan, werkt Nictiz alle gegevens ieder jaar bij. Verklaring snelle groei In 2016 bood ongeveer een kwart van de ziekenhuizen een patiëntportaal aan. Daarna is het aantal snel gestegen naar een derde in 2017 en nu twee derde in 2018. Dat heeft volgens Schreuder onder meer te maken met het stimuleringsprogramma dat het Ministerie van VWS in het leven heeft geroepen. Het Versnellingsprogramma informatie-uitwisseling patiënt en professional (VIPP) stimuleert ziekenhuizen om in drie jaar tijd extra stappen te zetten om patiënten online inzage te geven in hun medische gegevens. Om ziekenhuizen te ondersteunen in het ontwikkelen en doorontwikkelen van hun patiëntportaal, heeft Nictiz kennisbijeenkomsten georganiseerd. Projectleiders en e-health-professionals wisselden kennis en ervaringen uit en putten inspiratie uit best practices. “Tijdens deze bijeenkomsten merkte ik dat ziekenhuizen veel behoefte hebben aan praktische informatie”, vertelt Schreuder. “Om aan deze behoefte te voldoen, heeft Nictiz het handboek ‘Online inzage, hoe regelen we dat?!’ samengesteld: een boek vol tips, eerlijke verhalen, struikelblokken en succesfactoren.” Portalen met veel mogelijkheden Nictiz maakt in haar onderzoek bij inzage in gegevens onderscheid tussen persoonlijke gegevens, medische gegevens en onderzoeksgegevens. Alle portalen geven de patiënt toegang tot persoonlijke gegevens, zoals contactinformatie en naam van de huisarts en verzekeraar. 90 procent van de portalen geeft inzage in medische gegevens, zoals bloedgroep en eventuele inentingen en allergieën. Vrijwel alle portalen maken onderzoeksgegevens inzichtelijk. Dit betekent dat de patiënt bijna altijd laboratoriumresultaten kan inzien en ook vaak verslagen van beeldvormend onderzoek, zoals een echo of CT-scan. Bij vier ziekenhuizen kunnen patiënten daadwerkelijk de beelden bekijken. Ook is onderzocht hoe snel de ziekenhuizen de onderzoeksgegevens kunnen tonen. 20 procent van de ziekenhuizen die laboratoriumresultaten in hun patiëntportaal tonen, doet dit binnen 24 uur nadat de uitslag bekend is. 65 procent van de ziekenhuizen toont de resultaten binnen een week. Over de snelheid van tonen verschillen overigens de meningen. Sommige ziekenhuizen vinden dat de arts de resultaten eerst moet duiden, voordat de patiënt ze te zien krijgt, zodat de patiënt niet onnodig schrikt van resultaten. Andere ziekenhuizen zijn wel voorstander van het realtime tonen van gegevens.
STAP VOOR STAP BIJ HET EINDDOEL, DE PATIËNT AAN HET ROER
Overige functies Toegang tot informatie is niet de enige functie van een patiëntportaal. Zo is het bij ruim een derde van de portalen mogelijk een e-consult te hebben. De patiënt hoeft dan voor een consult niet naar het ziekenhuis, maar kan de arts via internet raadplegen. Ziekenhuizen kijken daarnaast naar de mogelijkheden van videobellen. Eén ziekenhuis biedt het al aan en een ander ziekenhuis is gestart met een pilot. Andere toepassingen die ziekenhuizen steeds meer bieden, zijn het online invullen van vragenlijsten voor bijvoorbeeld een preoperatieve screening en het inzien, maken of wijzigen van afspraken. Nog geen van de portalen biedt een koppeling met een persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO). Dit is een omgeving waarin mensen niet alleen de gegevens van het ziekenhuis, maar al hun gezondheidsgegevens kunnen inzien. Zij bepalen zelf met wie ze hun gegevens delen met als doel: meer regie over hun eigen gezondheid. Met het oog op de inspanningen van het programma MedMij verwacht Schreuder wel dat ziekenhuizen die koppeling gaan realiseren. “Stap voor stap komen we dichterbij het einddoel: de patiënt aan het roer.”