CV
Alexandra Kapeller is strategisch adviseur bij Nictiz.
Dick-Jan Zijda is AI-lead bij Nictiz.
Om onderstaande en alle andere premium artikelen te lezen, moet u inloggen of een account aanmaken.
U kunt nog {free_articles_left} premium artikel gratis lezen. Om meer premium artikelen te lezen, moet u inloggen of een account aanmaken.
AI-toepassingen voor spraakgestuurd rapporteren en automatisch coderen helpen de registratielast in de zorg te verminderen. Die ontwikkeling stond centraal in een verkenning die Nictiz eind vorig jaar uitvoerde met tien partners. Maar daarmee begint pas het gesprek over wat AI van zorgorganisaties vraagt. Wat registreren we eigenlijk? Wat laten we los? En wie beslist daarover?
Nictiz houdt zich bezig met databeschikbaarheid in de zorg. Registratie vormt een essentieel onderdeel hiervan. Om een beeld te krijgen hoe de zorg nu bezig is met AI-systemen voor registratie, voerde Nictiz in september vorig jaar samen met tien partners een brede uitvraag uit.
“We wilden iedereen bereiken die zich met AI-systemen en registratie bezighoudt, van bestuurders tot zorgverleners, van GGZ tot ziekenhuiszorg”, vertelt dr. Alexandra Kapeller, strategisch adviseur bij Nictiz en hoofdauteur van de verkenning. “Centraal stond de vraag: hoe worden AI-systemen nu al ingezet om registratielast te verminderen en wat zijn de ervaringen hiermee?”
De resultaten werden eerder gepubliceerd in het rapport AI-systemen tegen registratielast en het magazine ‘#nooitmeertypen’. Die twee publicaties laten zien dat alle zorgsectoren ermee bezig zijn. Spraakgestuurd rapporteren springt eruit als behoefte, net als de wens om minder tijd kwijt te zijn aan herhaling, kopieergedrag en dubbele registratie. Wat betekenen deze inzichten voor de dagelijkse praktijk, de organisatie van zorg en de rol van de zorgprofessional? Juist nu zijn deze vragen extra relevant, want de overheid heeft onlangs 400 miljoen euro beschikbaar gesteld om AI-systemen in te zetten tegen registratielast in de zorg.
Alle gezondheidssectoren zijn bezig met AI-systemen voor registratie, hoewel veel projecten nog in de planning- en testfasen zitten. Dat blijkt uit de analyse van de 319 reacties op de uitvraag. Waar de AI-systemen al gebruikt worden, lijkt de belofte van tijdswinst en meer werkplezier ingelost te worden. Wel ervaren de respondenten knelpunten bij het opschalen: kosten, problemen bij het gebruik in de praktijk, gebrek aan acceptatie door medewerkers en te weinig kennis en vaardigheden voor het inrichten, gebruiken en beheren van de AI-systemen.
'Koop niet klakkeloos een AI-systeem'
Voor de acceptatie en gebruik in de praktijk is het cruciaal om de AI-systemen goed te laten aansluiten op werkwijzen binnen een organisatie en de bestaande systemen, met name de elektronische patiënten- of cliëntendossiers. “Veilige testomgevingen kunnen nuttig zijn om zorgverleners een kans te geven de systemen uit te proberen en de resultaten zelf te beoordelen”, zegt Kapeller, “maar ook het belang van ethische vraagstukken mag niet onderschat worden. Mensen hebben bedenkingen over duurzaamheid, privacy, veiligheid, en afhankelijkheid van technologieën. Naast dat deze vraagstukken belangrijk zijn, zijn de antwoorden hierop cruciaal voor de acceptatie door de medewerkers.”
Dick-Jan Zijda, AI-lead bij Nictiz, vult aan: “De interesse voor AI als hulp tegen registratielast is groot. Natuurlijk is er scepsis over bijvoorbeeld duurzaamheid, veiligheid en privacy. Maar het gros van de zorgprofessionals denkt positief over AI en de rol die de toepassingen kunnen spelen voor registratie in hun eigen organisatie en dagelijkse werkzaamheden. De algemene gedachte is: voor registratie moeten we er iets mee. De vraag is alleen: hoe halen we het meest hieruit?”
De beschikbaarheid van de nieuwe AI-systemen voor registratie stelt zorginstellingen voor belangrijke keuzes. Zo stelden respondenten de vraag naar wat überhaupt geregistreerd moet worden, naar zinnige en onzinnige registratie, schetst Kapeller: “In de analyse hebben we gezien dat veel vragen rond AI-systemen voor registratie minder te maken hebben met de technologie zelf en meer met vragen rond registratie en werkwijzen.”
Enkele voorbeelden: willen we minder of makkelijkere registratie? Waarom moeten we eigenlijk zo vaak dezelfde gegevens invoeren in meerdere systemen? Dat heeft te maken met een gebrek aan interoperabiliteit. “En wat doen met de vrijgekomen tijd? Voor meer zorg, geef je de tijd aan een andere patiënt of cliënt. Voor betere, persoonlijkere zorg, besteed je ze aan dezelfde persoon. En wil je de zorgprofessional ontlasten, geef je ze terug aan de professional. Veel te beslissen, dus.”
Sowieso vraagt de introductie van AI-systemen naar reflectie op doeleinden en machtsrelaties. Als techniekfilosoof stelt Kapeller: “Technologieën zijn nooit neutraal, ze hebben invloed op hoe we denken en kunnen handelen. Is de zorgverlener straks alleen nog met complexe zorg bezig, omdat AI-systemen het ‘gemakkelijke werk’ overnemen? Moeten we de gegevens toevertrouwen aan Amerikaanse techbedrijven en ons nog afhankelijker maken? Wie profiteert hiervan?”
Zijda voegt hieraan toe dat grote techbedrijven en grote internationale spelers nu de discussie bepalen. “Moet je je medewerkers laten trainen door Microsoft of een groot adviesbureau? Die nemen je medewerkers mee in hún werkelijkheid. Hoe soeverein ben je dan nog?” Hij raadt aan: “Koop niet klakkeloos een AI-systeem, pak regie en laat het niet alleen maar aan de markt over. Bedenk welke mate van soevereiniteit je acceptabel vindt en zoek naar oplossingen die écht waarde toevoegen aan jouw organisatie. En zoek elkaar op, leer van elkaar.”
De behoefte binnen de zorg is groot om kennis te delen over AI-systemen, de financiering en hoe de ethiek het beste meegenomen kan worden, ziet Kapeller. “Kennis blijft vaak in silo’s. Maar we raden zorgaanbieders aan van elkaar te leren, binnen en vooral ook buiten de eigen sector.”
Juist hiervoor heeft Nictiz het magazine uitgebracht, benadrukt Kapeller. In het blad komen vakgenoten, concullega’s en pioniers aan het woord. Door goede voorbeelden, reflectievragen een eerlijke verhalen over knelpunten te delen kunnen mensen in de zorg elkaar inspireren en uitdagen. Ook kunnen lezers via de contactgegevens in het magazine in contact komen met de geïnterviewden, benadrukt Zijda. “Deze verhalen zijn belangrijk om te laten zien dat de scheidslijn niet de sector is, maar de zorgorganisatie die aan het begin of midden in het proces zit. Dit is onafhankelijk van de sector binnen de zorg en gezondheidszorg.”
De resultaten van de uitvraag zijn actueler dan ooit, stelt Zijda. “Met de forse investeringen vanuit de overheid in het vooruitzicht, ontstaat nu momentum om AI-systemen in te zetten tegen registratielast in de zorg. Dat zal het gebruik van AI-systemen voor registratie verder versnellen. Deze inzet is niet alleen een kwestie van techniek, het vraagt ook om visie, samenwerken en de bereidheid om te veranderen. Mijn advies: wacht niet tot de trein uit zicht is, stap op en ga ermee aan de slag. En heb je vragen? Neem contact op met Nictiz. Wij zijn begonnen: we doen intern kennis op en brengen dat in de praktijk. En hebben wij het antwoord niet, dan brengen we je graag in contact met iemand die het wel weet. Zie ons als gids.”
Nictiz heeft in afstemming met VWS samen met tien partners uit verschillende sectoren de Verkenning uitgevoerd en het magazine ‘AI tegen registratielast #nooitmeertypen’ uitgegeven. De tien partners zijn: Academy Het Dorp, Actiz, GGZ Nederland, Health-RI, InEen, NL-AIC, Vilans, VGN, V&VN en Zorgthuisnl.
De Verkenning en het magazine zijn te vinden op: link
Vragen? Magazine bestellen? Mail naar communicatie@nictiz.nl.