Op het European Emergency Medicine Congress is recent onderzoek gepresenteerd dat duidelijk maakt dat menselijke expertise nog altijd onmisbaar is bij het triëren van patiënten op de spoedeisende hulp (SEH). Hoewel kunstmatige intelligentie (AI) veelbelovend lijkt, blijkt dat artsen en verpleegkundigen beduidend nauwkeuriger zijn in het beoordelen van urgentie dan AI-systemen zoals ChatGPT 3.5.
Het onderzoek werd uitgevoerd aan de Universiteit van Vilnius en richtte zich op een belangrijk vraagstuk: kan AI de hoge werkdruk en overbezetting op SEH-afdelingen verlichten zonder concessies te doen aan patiëntveiligheid?
Mens versus machine
Voor het onderzoek kregen zes spoedeisendehulpartsen en 44 verpleegkundigen een vragenlijst met klinische casussen, geselecteerd uit 110 rapporten uit de PubMed-database. Hun taak: patiënten indelen volgens het Manchester Triage System, dat vijf urgentiecategorieën onderscheidt. ChatGPT 3.5 analyseerde dezelfde casussen.
De resultaten laten zien dat artsen gemiddeld ruim 70,6 procent nauwkeurigheid behaalden. Bij verpleegkundigen was dit 65,5 procent. De AI bleef met slechts 50,4 prcent duidelijk achter. Ook de sensitiviteit, oftewel het vermogen om echt urgente gevallen te identificeren, was hoger bij mensen: 83 procent bij artsen en 73,8 procent bij verpleegkundigen, tegenover 58,3 procent bij AI. Daarmee scoorden artsen en verpleegkundigen duidelijk beter op vrijwel alle meetpunten.
Toch kwam er een interessante nuance naar voren. AI presteerde beter dan verpleegkundigen in de hoogste urgentiecategorie, waarin levensbedreigende situaties moeten worden herkend. Hier haalde AI een nauwkeurigheid van 27,3 procent tegenover 9,3 procent voor verpleegkundigen. Dit suggereert dat AI juist in de meest kritieke gevallen een waardevolle rol kan spelen als extra controlemechanisme.
AI als hulpmiddel, niet als vervanger
Volgens hoofdonderzoeker dr. Renata Jukneviciene wijzen de bevindingen erop dat AI neigt tot overtriage: patiënten krijgen vaker een hogere urgentie toegekend dan strikt noodzakelijk. Dat kan leiden tot inefficiëntie, maar biedt tegelijkertijd een zekere veiligheid doordat kritieke gevallen minder snel over het hoofd worden gezien. AI zou daarom vooral kunnen fungeren als ondersteunend instrument, met name in drukke SEH’s waar personeelstekorten en hoge werkdruk de norm zijn.
De onderzoekers benadrukken echter dat AI menselijke expertise niet kan vervangen. Klinisch oordeel, ervaring en het vermogen om non-verbale signalen of vitale functies te interpreteren blijven essentieel. Dr. Barbra Backus, spoedeisendehulparts in Amsterdam en voorzitter van de EUSEM-commissie voor abstractselectie, stelt dat AI veel potentie heeft, bijvoorbeeld bij het interpreteren van röntgenbeelden, maar voorlopig slechts aanvullend ingezet moet worden.
Beperkingen van het onderzoek
Het onderzoek kende beperkingen, zoals het kleine aantal deelnemers, het gebruik van één AI-model en het ontbreken van een realtime SEH-omgeving. Toch levert het waardevolle inzichten op voor de toekomst van AI in de acute zorg. Vervolgstudies zullen zich richten op nieuwere, medisch getrainde AI-modellen en grotere patiëntengroepen. Ook wordt gekeken naar integratie in de opleiding van verpleegkundigen, bijvoorbeeld bij grootschalige incidenten.
AI kan dus een waardevol hulpmiddel zijn bij het triëren van SEH-patiënten, vooral bij het signaleren van de meest kritieke gevallen. Maar voor nu blijft de menselijke professional de gouden standaard.
Er zijn de afgelopen twee jaar al veel onderzoeken en tests uitgevoerd om de meerwaarde van AI als diagnostisch, en triage, middel te kunnen bepalen. Net als hierboven beschreven werd, is de conclusie vrijwel altijd hetzelfde: AI kan artsen, verpleegkundigen en andere medische professionals ondersteunen bij het maken van de juiste diagnose of (behandel)beslissing, maar de technologie zal hen, zoals de ontwikkelingen er momenteel voor staan, nooit kunnen vervangen.