CV
René Luigies is Liaison Officer en Program Director bij de Games for Health Europe foundation.
Om onderstaande en alle andere premium artikelen te lezen, moet u inloggen of een account aanmaken.
U kunt nog {free_articles_left} premium artikel gratis lezen. Om meer premium artikelen te lezen, moet u inloggen of een account aanmaken.
Dagelijks valt er wel iets te lezen over de digitale transformatie in de zorg. Of dat nu de digitale ICT&Health-nieuwsbrief is of een andere nieuwsbron, het maakt niet uit. Ik vraag mij af of die nieuwsstroom een reflectie is van een positieve ontwikkeling: vorderingen in de implementatie van digitale zorgtoepassingen. Ik ben daarom maar weer eens in de cijfers gedoken. Dat levert verrassende resultaten op. De aandacht blijkt geen afspiegeling te zijn van de implementatie. Bij mijn onderzoek focus ik me op beeldbellen en telemonitoring. Niet meegenomen zijn de ontwikkelingen op het gebied van Elektronische Patiënten Dossiers (EPD’s) en patiëntportalen.
Onder druk wordt alles vloeibaar. Tijdens de Covid 19-pandemie nam het gebruik van e-health - zoals het aantal beeldbel- en telemonitoring-verrichtingen - sterk toe. In 2019 was het aantal beeldbelconsulten te verwaarlozen, een schamele 1.900, in 2021 was dat aantal gegroeid tot 66.000. Maar wat zien we daarna? Een afname tot nog maar iets meer dan de helft: 35.500 in 20231.
Wel vertonen de cijfers in 2024 weer een lichte stijging2 volgens BeterDichtbij. Cijfers van het Ministerie van VWS in de Monitor Digitale Zorg3 laten dit echter niet zien. Wat het aantal telemonitoring-verrichtingen betreft, zijn de cijfers wat optimistischer. Een groei van 76.000 in 2019 naar 127.000 in 2021. Echter, toch weer een afname naar 100.000 in 2023. Hoewel de Monitor Digitale Zorg in 2024 weer een lichte stijging laat zien, na een initiële daling na Covid.
Bovenstaande cijfers zijn reden voor nader onderzoek. Is er een oorzaak aan te wijzen voor deze terugval? Het meest recente rapport, Monitoring Digitaal Zorggebruik4 van het Nivel, verklaart een van de eerdergenoemde verrassende resultaten. Het aantal consumenten dat geen behoefte heeft aan telemonitoring-apparaten, zoals voor het meten van bloedsuikerwaarden, bloeddruk of longfunctie, is gestegen van 40 procent in 2019 naar 60 procent in 2024.
Over de oorzaak valt slechts te speculeren. Het gevoel ‘wat heb je aan het meten van die waarden als er toch niets mee gedaan wordt door een zorgverlener’, zou wel eens een belangrijk factor kunnen zijn. De vraag ‘what’s in it for me’ is een belangrijk gedragselement.
Op het gebied van gedrag met betrekking tot e-health levert hetzelfde rapport waardevolle informatie. De volgende percentages vergelijken metingen ten aanzien van gedrag in 2019 en 2024.
Erg enthousiast een groei van 15 procent naar 28 procent; wil het wel tot nog zoekend afnemend van 47 procent naar 40 procent; terughoudend tot negatief, een afname van 39 procent naar 33 procent.
Erg enthousiast een groei van 21 procent naar 25 procent; wil het wel tot nog zoekend toenemend van 36 procent naar 42 procent; terughoudend tot negatief een afname van 42 procent naar 33 procent.
Erg enthousiast een afname van 32 procent naar 19 procent; wil het wel tot nog zoekend groeiend van 60 procent naar 68 procent; terughoudend tot negatief een groei van 12 procent naar 22 procent.
Bovenstaande percentages zijn gebaseerd op grafieken in het rapport, dus niet exact op één procent af te ronden. Auteurs stellen vast dat zorggebruikers enthousiaster lijken over digitale zorg ten opzichte van eerdere jaren, terwijl verpleegkundigen het tegenovergestelde lijken, ofwel minder enthousiast.
Als mogelijke verklaringen voor het verschil in houding (gedrag) tussen zorggebruikers en zorgverleners is een aantal belangrijke belemmeringen te noemen, zoals:
Kortom: er is dus werk aan de winkel om deze belemmeringen weg te nemen. Maar hoe dan? Hier volgt een aantal praktisch en direct toepasbare aanbevelingen:
Techniek alleen is niet genoeg. Succesvolle digitale transformatie vraagt zowel professionele als maatschappelijke gedragsverandering. Bij zorgverleners kan dit gerealiseerd worden via training in digitale workflows, vergroten van vertrouwen in data en tools en herontwerp van werkprocessen. Belangrijk is dat digitale toepassingen tijdbesparend en klinisch relevant zijn, anders wordt adoptie vluchtig. Ook zijn veranderende rolopvattingen nodig: van ‘geef zorg in één fysieke setting’ naar ‘coördineer zorg over meerdere digitale touch points’.
Bij zorggebruikers moeten digitale geletterdheid, vertrouwen in privacy en perceptie van meerwaarde (zelfmanagement, gemak) groeien. Voor kwetsbare groepen zijn alternatieve of ondersteunde kanalen nodig om ongelijkheid te voorkomen.
Dit alles vraagt om een gedragsverandering bij alle stakeholders, bekijk de zorg vanuit een nieuw perspectief, bewandel niet de bekende en vertrouwde paden.
Ga niet breed digitaliseren, maar alleen daar waar nodig en mogelijk. De benadering in het Interreg Maas-Rijn gefinancierde project5 Remote Monitoring@Home (RM@H) is een mooi voorbeeld. RM@H ontwikkelt hybride zorgpaden waarbij ziekenhuizen, huisartsen, zorgorganisaties en patiënten betrokken zijn. Door het combineren van technologie op afstand via wearables en het verbeteren van de communicatie tussen eerstelijns- en tweedelijnszorg wordt de patiëntenzorg uiteindelijk beter, persoonlijker en efficiënter. Op basis van bestaande zorgpaden wordt in co-creatie met alle stakeholders gezocht naar mogelijkheden om deze hybride te maken. Deze nieuwe hybride zorgpaden worden in een iteratief proces getest, aangepast en uiteindelijk getoetst op haalbaarheid.
Iedereen moet kunnen profiteren van digitale zorg en welzijn. Dat lukt alleen als we het samen lokaal goed regelen: zorg, welzijn, gemeenten en andere publieke, private en maatschappelijke partners. De Alliantie Digitaal Samenleven heeft een methode ontwikkeld6 om samen oplossingen te creëren. Deze Blauwdruk is een methode om digitale zorg en welzijn lokaal voor iedereen toegankelijk te maken. Of het nu gaat om begrijpelijke systemen of toegankelijke hulp: alleen samen zorgen we ervoor dat de zorg voor iedereen toegankelijk is. Een zeer nuttige tool voor ontwikkelaars van digitale zorg.
En: zet de bril van die patiënt op. Daarbij helpt de Escapekoffer Digitale Inclusie van Pharos7, een spel om zorgverleners, beleidsmakers en app-ontwikkelaars bewuster te maken van hoe moeilijk digitale zorg voor veel mensen is gemaakt.
Om de digitale transformatie alsnog tot een succes te maken en niet verder terug te vallen - zoals na Corona - zullen we het dus over een andere boeg moeten gooien. De focus moet gericht zijn op gedragsverandering. Een keuze die mogelijk gemaakt en gesteund moet worden door een nieuwe regering en een nieuwe minister - zoals de politieke wens door de zorg is uitgesproken - alleen voor Volksgezondheid.