Carintreggeland geeft met de pilot naar eigen zeggen een stukje invulling aan de zoektocht naar (technische) mogelijkheden om de zorg nog beter op de wensen van cliënten aan te laten sluiten. Gedurende de op 24 april begonnen pilot krijgt een aantal cliënten de beschikking over beeldbellen via een smartphone of tablet.
Beeldbellen waardevolle aanvulling
Thuisbegeleider Hamoudi Jaafil, die met de pilot begonnen is, vertelt dat de komende maanden onderzocht wordt of zorg via beeldbellen een aanvulling is op de gebruikelijke zorg. “We kijken of de kwaliteit omhooggaat en of de cliënt meer en beter de regie kan nemen. En op termijn zelfs zelf meer redzaam is. Cliënten bellen vanuit een privésituatie. Dat is wel zo rustig voor de cliënt, maar ook mij.”
Beeldzorg is volgens Jaafil een waardevolle toevoeging op de huisbezoeken. Is de cliënt bijvoorbeeld op vakantie en heeft die behoefte aan begeleiding? Dan neemt hij of zij een tablet mee en ontvangt op het vakantieadres begeleiding via beeldzorg.
Nog steeds thuisbegeleiding
Carintreggeland benadrukt dat cliënten nog steeds thuis begeleid worden. Tijdens de pilot wordt één contactmoment vervangen door beeldzorg. De thuisbegeleiders bellen vanuit een neutrale plek: thuis of vanuit een ingerichte beeldzorgwerkplek in Hengelo.
Het uitgangspunt is dat beeldzorg alleen geplande zorg is. Cliënten nemen niet zelf contact op met de begeleider. Na drie maanden wordt de pilot geëvalueerd. Daarna besluit de Raad van Bestuur van de zorgaanbieder of deze vorm van zorg structureel binnen Carintreggeland ingezet gaat worden.
Zorg op afstand
Beeldbellen maakt deel uit van het concept zorg op afstand of telemonitoring. Beeldbellen wordt momenteel vooral ingezet bij zorg op afstand voor mensen met chronische aandoeningen, zoals hartfalen, COPD (longziekten) en IBD (darmaandoeningen). Behalve het op afstand monitoren van lichaamsfuncties bieden dergelijke diensten ook de mogelijkheid voor overleg en consulten op afstand, zodat een patiënt minder vaak naar het ziekenhuis moet.
Beeldbellen wordt nog in zeer beperkte mate ingezet voor meer algemene consulten, zoals met een medisch specialist of huisarts. Zo bleek onlangs uit het onderzoek Belevingen van het CBS dat 9 procent van de volwassen Nederlanders al de mogelijkheid heeft om te beeldbellen met de huisarts, maar dat slechts 1 procent hier ook gebruik van maakt.
Uit onderzoek van de Patiëntenfederatie Nederland in samenwerking met Amsterdam UMC bleek in december 2018 dat slechts 1,7 procent van de respondenten al eens een videoconsult met een arts heeft gehad. Wel wil de helft van hen graag een videoconsult gebruiken als alternatief voor een fysiek consult in het ziekenhuis.
