Negen ziekenhuizen zijn per 1 juni gestart met digitaal verwijzen van patiënten. Digitaal transmuraal verwijzen heeft, behalve de veiligheid (minder fouten dan bij papieren verwijzingen) en minder administratieve handelingen, diverse voordelen. Zo komen verzonden gegevens direct in het juiste patiëntendossier en bij de juiste specialist terecht. Digitaal kunnen verwijzen was een onderdeel van subsidieprogramma VIPP5, gericht op het digitaliseren van de overdracht van medische data tussen zorgaanbieder en patiënt en zorgaanbieders onderling.
Het Slingeland Ziekenhuis (Doetinchem) maakte de overstap naar digitaal verwijzen begin deze maand bekend. Het ziekenhuis noemt het digitaal verwijzen van patiënten van en naar andere ziekenhuizen een ‘belangrijke’ verbetering. In plaats van het overtypen of scannen van documenten kunnen de ziekenhuizen met enkele klikken de benodigde informatie delen. Het gevolg: minder administratieve handelingen, minder kans op fouten of ontbrekende informatie en meer tijd voor zorgverlening.
Digitaal verwijzen als standaard
De betrokken zorginstellingen, waaronder negen ziekenhuizen, stappen allemaal in één keer over op digitaal verwijzen als standaard. Zo willen ze samen zorgen voor ‘een veilige, toekomstbestendige en toegankelijke gezondheidszorg’.
- Slingeland Ziekenhuis (Doetinchem).
- Radboudumc (Nijmegen).
- CWZ (Nijmegen).
- Rijnstate (Arnhem).
- Catharina Ziekenhuis (Eindhoven).
- Elkerliek Ziekenhuis (Helmond).
- SJG Weert.
- Laurentius Ziekenhuis (Roermond).
- VieCuri Medisch Centrum (Venray/Venlo).
- SEIN (expertisecentrum voor epilepsie en slaapgeneeskunde, Zwolle/Heemstede).
Digitaal kunnen verwijzen van het ene naar het andere ziekenhuis maakte deel uit van het VIPP 5 programma. (Versnellingsprogramma Informatie-uitwisseling Patiënt en Professional). Zorginstellingen kregen via VIPP5 subsidie om digitale informatie-uitwisseling te verbeteren. Het digitaal verwijzen maakte deel uit van de derde en laatste module. In totaal deden ruim 200 instellingen mee aan het programma. In juni 2023 wisten de eerste zorgaanbieders te voldoen aan alle drie de modules van VIPP5. De deadline om aan module drie te voldoen, was december 2023.
Voordelen
Digitaal transmuraal verwijzen heeft, los van tijdsbesparing (minder administratieve handelingen ) en meer veiligheid (minder kans op fouten bij overdracht van gegevens) een aantal voordelen:
- Als een patiënt nog niet bekend is in het ontvangende ziekenhuis hoeft geen nieuw dossier aangemaakt te worden.
- Alle benodigde documenten worden direct digitaal meegestuurd naar het ontvangende ziekenhuis. De specialist beschikt direct over juiste gegevens.
- De verzonden gegevens komen rechtstreeks in het patiëntendossier en direct bij de juiste specialist.
- Het verzendende ziekenhuis kan de voortgang volgen.
- Via het transmuraal portaal kan de specialist ook meekijken in het patiëntendossier van een ander ziekenhuis (de patiënt geeft hiervoor toestemming).
- Omdat er geen fysieke post wordt gestuurd is er minder papierverbruik en is dit een duurzame oplossing.
Het Slingeland Ziekenhuis laat verder weten dat meerdere ziekenhuizen in de eigen regio eerder al zijn overgegaan naar digitaal verwijzen, zoals:
- Medisch Spectrum Twente (MST).
- Ziekenhuisgroep Twente (ZGT).
- Deventer ziekenhuis.
- Gelre ziekenhuizen.
Dienst verwijzen
VECOZO maakte in december 2024 de dienst Verwijzen landelijk beschikbaar. De dienst ondersteunt in het hele zorgproces de verwijzers, de aanbieders van vervolgzorg en van patiënten. VECOZO is een platform dat de uitwisseling van digitale gegevens tussen zorgaanbieders, zorgverzekeraars, zorgkantoren en gemeenten in Nederland mogelijk maakt. Het staat voor 'Veilige Communicatie in de Zorg'.
De dienst ‘Verwijzen’ zorgt onder meer door het gebruik van open standaarden en codestelsels, voor het snel en het eenvoudig vinden van en doorverwijzen naar passende vervolgzorg. Dat draagt bij aan administratieve lastenverlichting. In eerste instantie was de dienst beschikbaar voor medisch specialistische zorg en diagnostiek. In samenspraak met brancheorganisaties wordt dit in 2025 uitgebreid naar paramedische zorg, ggz en VVT.