De mentale druk op Europese zorgprofessionals bereikt een zorgwekkend niveau. Uit nieuw onderzoek van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) Europa blijkt dat één op de drie artsen en verpleegkundigen lijdt aan depressie of angstklachten. Dat is maar liefst vijf keer vaker dan in de algemene bevolking.
Volgens WHO Europa-directeur Hans Kluge vormt deze mentale gezondheidscrisis “een bedreiging voor de stabiliteit van onze zorgsystemen”. Meer dan één op de tien zorgmedewerkers heeft zelfs gedachten aan zelfdoding of zelfbeschadiging gehad. “Dit is een onaanvaardbare last voor degenen die dagelijks voor ons zorgen,” aldus Kluge.
Hoge werkdruk en geweld vergroten risico
De studie, gebaseerd op 90.000 reacties uit 29 Europese landen, toont aan dat zorgmedewerkers die langdurig overwerken, nacht- en ploegendiensten draaien of slachtoffer zijn van geweld of intimidatie, aanzienlijk meer kans hebben op mentale problemen.
- Een derde van de respondenten meldde het afgelopen jaar pesten of dreiging met geweld.
- Een op de tien kreeg te maken met fysiek geweld of seksuele intimidatie.
- Een kwart van de artsen werkt meer dan 50 uur per week.
Daarnaast werkt bijna een derde (30%) van de artsen en een kwart (25%) van de verpleegkundigen op tijdelijke contracten, wat leidt tot onzekerheid en stress.
Grote verschillen tussen landen
De hoogste niveaus van depressie werden gerapporteerd in Letland en Polen, waar bijna de helft van de zorgmedewerkers symptomen ervaart. In Denemarken en IJsland liggen de cijfers met ongeveer 15 procent beduidend lager.
De WHO pleit voor ‘zero tolerance’ voor geweld en intimidatie in de zorg, structurele maatregelen om overwerk en extreem lange diensten te beperken, en gegarandeerde toegang tot mentale gezondheidszorg voor zorgprofessionals.
Werkdruk in de zorg
De afgelopen jaren wordt steeds meer aandacht besteed aan het verlichten van de werkdruk voor artsen, verpleegkundigen en andere zorgprofessionals omdat de almaar stijgende werkdruk steeds vaker leidt tot uitval, burn-out en andere mentale klachten. In een poging om de werkdruk te verlagen wordt steeds vaker ook gebruik gemaakt van hybride zorgoplossingen, zoals bij Dokterszorg in Friesland.
Ook vanuit de politiek wordt de roep om werkdrukverlagende maatregelen steeds luider. In Nederland werd daarvoor onder andere het Aanvullend Zorg en Welzijnsakkoord ontwikkeld. De afspraken van het AZWA hangen nauw samen met het Hoofdlijnenakkoord Ouderenzorg (HLO), waarover eerder al een onderhandelaarsakkoord werd bereikt. Er wordt onder meer structureel geld gestopt in het op grotere schaal invoeren van digitale innovaties, maar ook in het verbeteren van arbeidsomstandigheden, werk-privébalans en mentale ondersteuning voor zorgprofessionals. Want zoals de WHO benadrukt, vraagt het herstel van de zorg niet alleen om technologische vooruitgang, maar vooral om duurzame aandacht voor de mensen die die zorg dagelijks mogelijk maken.