CV
Esther Talboom-Kamp is bestuurder bij Zuyderland
Joep van Herten is clusterdirecteur acute zorg bij Zuyderland
Susanne Vogelzang is eNurse bij Zuyderland
Mevrouw Jacobs is patiënte bij Zuyderland
Om onderstaande en alle andere premium artikelen te lezen, moet u inloggen of een account aanmaken.
U kunt nog {free_articles_left} premium artikel gratis lezen. Om meer premium artikelen te lezen, moet u inloggen of een account aanmaken.
Zuyderland Medisch Centrum maakt digitale zorg concreet en schaalbaar. Meer dan 11.000 patiënten worden inmiddels thuis begeleid met bewezen technologie, ingebed in tientallen zorgpaden. Geen pilot, geen proof-of-concept, maar structurele zorg die patiënten meer regie geeft en zorgprofessionals tijd teruggeeft voor persoonlijke aandacht. Bestuurder Esther Talboom-Kamp en Joep van Herten, clusterdirecteur acute zorg, vertellen hoe de beweging is opgebouwd. eNurse Susanne Vogelzang en patiënte mevrouw Jacobs laten zien wat het in de praktijk betekent: “Het voelt persoonlijk en geruststellend.”
Zuid-Limburg kent bovengemiddelde gezondheidsproblemen en een structureel tekort aan zorgprofessionals. “De vraag naar zorg is groot, maar we hebben te weinig mensen om die zorg te geven. Daarom moeten we slimmer werken”, zegt Talboom-Kamp. Digitale zorg is voor Zuyderland geen toekomstbeeld meer, maar een noodzakelijk en bewezen onderdeel van de reguliere zorg.
Van beeldbellen en thuismetingen tot apps die begeleiden en signaleren: digitale zorg is breed verankerd in de organisatie. Zuyderland biedt inmiddels meer dan 30 digitale zorgoplossingen. Van thuismonitoring bij hartproblemen, COPD en hoge bloeddruk in de zwangerschap tot begeleiding bij stomazorg. Het resultaat: minder polikliniekbezoeken, snellere interventies en meer zelfregie.
Wat Zuyderland onderscheidt, is de schaal én breedte van implementatie. “We gebruiken technologie die al goed werkt, en passen die toe in bestaande zorgprocessen”, vertelt Van Herten. “Stap voor stap, maar wel consequent opschalen als het werkt.”
Die aanpak werpt vruchten af. Een concreet voorbeeld: astmapatiënten hoeven dankzij slimme monitoring nog maar één keer per jaar naar de longarts, in plaats van vier keer. De kwaliteit van de zorg blijft op peil of verbetert, en patiënten voelen zich veiliger. Deze aanpak vermindert onnodige ziekenhuisbezoeken en maakt zorgprocessen efficiënter.
Na een TIA kreeg mevrouw Jacobs digitale nazorg. “Ik kon thuisblijven en werd toch goed in de gaten gehouden. Dat gaf mij vertrouwen”, zegt ze. Drie dagen lang meet zij, drie keer per dag, haar bloeddruk. Het meetapparaat is gekoppeld aan een app, waardoor de gegevens in real-time bij het team van eNurses binnenkomen.
eNurse Susanne Vogelzang legt uit: “De app is een hulpmiddel, maar het echte verschil maken wij als verpleegkundigen, de mensen achter de techniek. Wij houden op afstand een vinger aan de pols, signaleren afwijkingen en schakelen snel met de arts als dat nodig is. We helpen bij de installatie van de app, beantwoorden vragen en zijn laagdrempelig bereikbaar.”
Die nabijheid wordt gevoeld. Mevrouw Jacobs: “Toen mijn bloeddruk wat afweek, werd ik meteen gebeld. Dat gaf een veilig gevoel.” Ook kleine dingen tellen. “Ik had een crematie van een vriendin en gaf dat door via de app. Susanne stelde voor de metingen een dag uit te stellen. Iemand denkt echt met je mee.”
Twijfel maakt vaak plaats voor vertrouwen. “De partner van mevrouw Jacobs dacht eerst: is dit nu de zorg? Maar na deze ervaring is hij helemaal om”, aldus Vogelzang. Mevrouw Jacobs besluit: “Ik raad het iedereen aan. Het is makkelijk, geeft rust en je voelt je gesteund.”
“We doen dit niet als experiment”, benadrukt Talboom-Kamp. “We doen dit omdat het werkt. Mensen herstellen sneller, voelen zich veiliger en hoeven minder vaak naar het ziekenhuis.” Zuyderland kiest principieel voor ‘de beste zorg, zo thuis mogelijk’: digitale zorg waar het kan, fysieke zorg waar het moet.
Die houding vraagt om vertrouwen en lef. Van Herten: “Digitale zorg vraagt lef, op alle niveaus. Lef om nieuwe werkwijzen te omarmen en om consequent te blijven opschalen.” Bestuurlijke steun was en is cruciaal. Vanaf het begin kreeg de digitale zorgtransformatie (DZt) mandaat en continuïteit, waardoor het uit de pilotfase kon blijven en direct kon borgen in de lijn.
Digitale zorg vraagt om structurele capaciteit. In 2026 wil Zuyderland 80 fte inzetten op digitale zorgtransformatie, 40 fte op Artificial Intelligence (AI) en 10 fte in het Innovatielab. Zij bouwen en onderhouden zorgpaden, ondersteunen teams, monitoren resultaten en bewaken kwaliteit en veiligheid.
Net zo belangrijk is de multidisciplinaire samenwerking. eNurses, artsen, poliklinieken en ICT werken strak samen rondom de patiënt. De eNurse fungeert vaak als eerste aanspreekpunt: veel vragen zijn via telefoon of bericht af te handelen, zonder fysiek bezoek. Waar nodig wordt opgeschaald naar de arts. “Vroeger kwam de patiënt naar het ziekenhuis”, zegt Vogelzang. “Nu brengen wij de zorg naar de patiënt. Dat vind ik het meest waardevolle van dit werk.”
De combinatie van bewezen technologie en persoonlijke begeleiding levert drie zichtbare effecten op:
Talboom-Kamp: “Het begint en eindigt bij mensen. Bij patiënten die meer regie krijgen en professionals die meer tijd overhouden voor hun vak. Dat maakt zorg beter én menselijker.”
De ambities zijn helder: in 2030 moet 80% van de poliklinische zorg voor chronische patiënten digitaal plaatsvinden. Ook in de acute keten verschuift zorg steeds vaker naar huis, bijvoorbeeld thuismonitoring na een korte opname. Zuyderland experimenteert bovendien met slimme signalering: systemen die afwijkingen detecteren en automatisch een waarschuwing genereren, zodat zorgverleners sneller kunnen handelen.
Niet alles hoeft hightech te zijn: thuis bloedprikken en telebegeleiding maken zorg merkbaar dichterbij. De rode draad: bewezen technologie, zorgvuldig ingebed, met duidelijke uitkomstmaten en continue kwaliteitsbewaking.
Digitale zorg kan onpersoonlijk klinken, maar de praktijk bij Zuyderland laat het tegendeel zien. Het is juist de menselijke maat die het verschil maakt. Het telefoontje op het juiste moment, het meedenken over iemands dag en het direct kunnen schakelen bij zorgen. “Digitale zorg is minstens zo goed als traditionele zorg”, besluit Talboom-Kamp. “We doen dit met bewezen technologie en altijd met de patiënt als uitgangspunt. Voor ons is dit geen innovatieproject meer, maar de kern van hoe we zorg organiseren.”
Vogelzang kijkt vooruit: “We kunnen dit doen dankzij het vertrouwen van onze patiënten. Samen zorgen we dat digitale zorg groeit en steeds beter wordt. Ik ben trots om daar deel van uit te maken.” Mevrouw Jacobs knikt: “Voor mij is digitale zorg helemaal het einde.”
