Wereldwijd vindt ongeveer 99 procent van de sterfte onder pasgeborenen plaats in lage- en middeninkomenslanden (LMIC’s). Juist daar is toegang tot adequate foetale monitoring vaak beperkt. In Tanzania, waar de neonatale sterfte op 24 per 1.000 levend geboren baby's ligt, laat een nieuwe draadloze technologie voor foetale hartslagbewaking zien dat digitale zorg ook in resource-arme settings levens kan redden.
Onderzoekers van Hiroshima University en Muhimbili University of Health and Allied Sciences evalueerden recent de effectiviteit van een mobiele cardiotocografie-oplossing (iCTG) bij zwangere vrouwen in vier eerstelijns zorginstellingen in de Pwani-regio. De draadloze iCTG werd ingezet voor continue monitoring van de foetale hartslag.
Vroegtijdige detectie
De resultaten zijn veelbelovend. Met iCTG werden afwijkende foetale hartslagpatronen acht tot tien keer vaker opgespoord dan met de standaardzorg. Bovendien halveerde het gebruik van de technologie het risico op doodgeboorten en neonatale sterfte. De perinatale mortaliteit daalde van 6,6 naar 2,6 procent.
Volgens hoofdauteur Yoko Shimpuku, hoogleraar aan Hiroshima University, laat de studie zien dat iCTG geen ‘luxe technologie’ is, maar een praktisch en levensreddend hulpmiddel. “Ook in omgevingen met beperkte middelen kan digitale monitoring de perinatale zorg aantoonbaar versterken,” stelt zij. Het onderzoek is onlangs gepubliceerd in BMC Public Health.
Draadloze technologie
De belangrijkste oorzaken van doodgeboorten en neonatale sterfte in Tanzania zijn prematuriteit en hypoxie. In veel LMIC’s is foetale bewaking nog afhankelijk van dure, niet-mobiele apparatuur of eenvoudige fetoscopen, waarbij alleen intermittente auscultatie mogelijk is. Kritieke signalen van foetale nood blijven daardoor geregeld onopgemerkt.
De slimme, gebruiksvriendelijke iCTG stuurt zorgverleners automatisch waarschuwingen bij afwijkingen in de foetale hartslag. Dat ondersteunt tijdige klinische besluitvorming. Bij signalen van nood kunnen direct interventies worden ingezet, zoals intra-uteriene resuscitatie (herpositionering van de moeder, toediening van vocht en zuurstof). In acute situaties volgt snelle verwijzing per ambulance, terwijl de monitoring doorloopt.
Studieopzet en resultaten
Tussen oktober 2023 en september 2024 namen 763 zwangere vrouwen (≥32 weken) deel aan het onderzoek in de districten Kisarawe en Bagamoyo. Van hen werden 492 vrouwen gevolgd met iCTG; 271 ontvingen de standaardzorg. Naast de daling in mortaliteit werden ook significant minder lage Apgar-scores gezien, een indicatie voor minder ademhalings- en gezondheidsproblemen bij pasgeborenen.
Wel nam het aantal keizersneden toe in de iCTG-groep (27,6% versus 10,3%). De onderzoekers benadrukken daarom het belang van duidelijke klinische richtlijnen, zodat digitale monitoring leidt tot passende, en dus geen onnodige, interventies.
Opschaling en integratie in de zorgketen
Toegang tot prenatale zorg (ANC) blijft in LMIC’s een uitdaging door financiële barrières, afstand en beperkte gezondheidsvaardigheden. Opvallend was dat vrouwen in deze studie met iCTG juist minder ANC-bezoeken aflegden. Volgens de onderzoekers komt dit doordat de interventie pas laat in de zwangerschap werd geïntroduceerd.
Voor de toekomst adviseren zij om iCTG eerder in de zwangerschap in te zetten, gecombineerd met gezondheidseducatie. Het horen van de eigen foetale hartslag kan vrouwen actiever betrekken bij hun zwangerschap en de zorgvraag vergroten.
De onderzoeksgroep werkt aan opschaling naar grotere en meer diverse settings en onderzoekt tegelijkertijd de kosteneffectiviteit en langetermijnimpact. Het uiteindelijke doel: mobiele CTG integreren in de routinematige prenatale en intrapartum zorg, zodat elke zwangere vrouw, ongeacht woonplaats, toegang krijgt tot betrouwbare foetale monitoring en een veiligere bevalling.