De Amerikaanse importtarieven gaan de innovatie in de gezondheidszorg vertragen. Dat stelt ABN AMRO op haar website. Om de zorg toegankelijk te houden, wordt er in de zorgsector veel geïnnoveerd - waarbij men afhankelijk is van digitale toepassingen, medische apparaten, hulpmiddelen en medicijnen. De importtarieven bedreigen de beschikbaarheid van die middelen. En volgens ABN AMRO maakt ook de recente val van het kabinet de groeiverwachting van de zorgsector voor de komende jaren onzeker.
Behalve met de personeelsschaarste in de zorgsector moet de zorgsector op de langere termijn ook rekening houden met de verhoogde importtarieven van de Verenigde Staten (VS). Op korte termijn ondervindt de sector volgens de bank nog nauwelijks hinder hiervan, omdat bijna alle inkomsten voortkomen uit het leveren van zorg in Nederland.
Aanpassen zorgbegroting
De sector profiteert nu juist van meer geld dat de overheid beschikbaar stelt. Daardoor groeit de zorgsector dit jaar met 3,5 procent en in 2026 met 2 procent. Een volgend kabinet kan de zorgbegroting aanpassen en bijvoorbeeld de halvering van het eigen risico schrappen dus dat maakt de groeiverwachting onzeker.
De bank heeft voor alle sectoren in kaart gebracht wat de verhoogde importtarieven van de VS gaan betekenen. Deze verhoogde tarieven zullen aanzienlijke gevolgen hebben voor de betrokken sectoren. In de langdurige zorg, en dan vooral in de ouderenzorg, wordt volgend jaar een bezuiniging verwacht, waardoor de vergoedingen niet meestijgen met de inflatie. Tegelijkertijd wordt het zorgaanbod in regionale ziekenhuizen verder beperkt, omdat zij bepaalde ingrepen die ze slechts zelden uitvoeren, niet langer mogen aanbieden. In de eerstelijnszorg, waaronder huisartsen, psychologen en wijkverpleegkundigen, neemt de werkdruk toe: de zorgvraag blijft stijgen, terwijl het aantal beschikbare zorgverleners nauwelijks meegroeit.
Onzekerheid remt innovatie af
Voor zorgaanbieders is het een uitdaging om zorg te leveren aan meer mensen, waardoor innovatie noodzakelijk is. Ook ABN AMRO weet dat dit deels gebeurt door de zorg op een ander manier te organiseren of technologie in te gaan zetten. Maar juist de inzet van die middelen is afhankelijk van het buitenland. De VS leveren medische apparatuur, digitale systemen en geneesmiddelen. Zo importeerde de zorgsector in Nederland 18 procent van hun goederen in 2023 uit de VS en de farmaceutische industrie bijna 13 procent, blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). ABN AMRO laat weten dat een handelsoorlog de kosten van zorgaanbieders opdrijft en tot tekorten kan leiden. Daarnaast remt de onzekerheid investeringen van bedrijven die werken aan medische innovatie.
Volgens ABN AMRO raken de geopolitieke spanningen nu vooral de producenten en handelaren van medische hulpmiddelen en geneesmiddelen. Medicatie is vooralsnog uitgezonderd van de Amerikaanse importheffingen, maar president Trump kondigde op 12 mei aan dat farmaceuten de verkoopprijzen van hun producten in de VS moeten verlagen. De VS betalen voor bepaalde medicijnen twee tot vier keer zoveel dan bijvoorbeeld Australië en Frankrijk. Als farmaceuten hun prijzen in dertig dagen niet verlagen tot het niveau van andere ontwikkelde landen dreigt Trump met maatregelen.
Medicijnprijzen
Wanneer Trump zijn zin krijgt en de medicijnprijzen in de VS omlaaggaan, dan schuift er volgens ABN AMRO wat in de wereldwijde medicijnmarkt – en dus ook hier, in Nederland. Enerzijds goed nieuws: als het prijsverschil kleiner wordt, krijgen wij mogelijk meer toegang tot medicijnen. Minder kans op tekorten, want fabrikanten hoeven niet meer per se naar het grote geld in Amerika. Maar tegelijk komt het verdienmodel van farmaceuten onder druk. De kans is groot dat ze hun verlies in de VS willen goedmaken met hogere prijzen hier. Uiteindelijk moeten ze waarschijnlijk water bij de wijn doen. En dat betekent: minder winst, minder geld voor innovatie en ook minder groei voor onze eigen farmaceutische bedrijven.
Zorgaanbieders worden nauwelijks geraakt en zijn vooral druk met het aantrekken van zorgverleners. In het laatste kwartaal van 2024 staan bijna 60.000 vacatures van zorgaanbieders open, net iets meer dan eind 2023. De meeste vacatures staan volgens ABN AMRO uit bij aanbieders van gehandicaptenzorg, geestelijke gezondheidszorg en verpleging, verzorging en thuiszorg (VVT). Het personeelstekort wordt mede veroorzaakt omdat meer zorgverleners met pensioen gaan en ook meer zorgverleners ziek thuis zitten. Het ziekteverzuim staat met 7,3 procent bijna net zo hoog als de 7,4 procent eind vorig jaar, blijkt uit cijfers van het CBS.
Mede om het personeelstekort in de zorg terug te dringen, werd in hard gewerkt aan het aanvullende zorg- en welzijnsakkoord (AZWA). De onlangs afgetreden minister Fleur Agema van VWS werkte met branchepartijen en gemeenten hard aan een akkoord. Volgens ABN AMRO is het de vraag of dit akkoord überhaupt leidt tot het verlichten van het personeelstekort en de werkdruk.