Het gebruik van moderne medische technologie om het zuurstofgehalte in weefsels tijdens een hartoperatie te monitoren, vermindert het risico op ernstige complicaties na de operatie niet. Dat blijkt uit een internationale studie onder leiding van de Indiana University School of Medicine. Eerdere onderzoeken had een positiever beeld geschetst. Het onderzoek is gepubliceerd in het BMJ.
Er kunnen diverse complicaties en andere problemen ontstaan na een hartoperatie. Voorbeelden zijn neurocognitieve veranderingen, nierletsel, infectie en een onregelmatige hartslag. Deze complicaties komen regelmatig voor en kunnen potentieel gevaarlijk zijn.
Volgens onderzoekers van de Indiana University School of Medicine suggereerden eerdere studies dat een oorzaak voor de problemen kon liggen in een slechte bloedstroom en zuurstoftoevoer naar verschillende organen tijdens de operatie een deel van de oorzaak zouden kunnen zijn. Betere monitoring met moderne technologie zou kunnen helpen, gaven sommige van deze onderzoeken aan.
Studies te beperkt
Het onderzoek van de IU School of Medicine stelt nu dat deze studies te beperkt van aard en omvang waren en slechts naar één deel van het lichaam keken. Het nieuwe onderzoek volgde bijna 2000 ouderen die een zogeheten off-pump coronaire bypassoperatie ondergingen: een operatie die de bloedtoevoer naar het hart moet verbeteren. De helft van de patiënten ontving standaardzorg, terwijl de andere helft nauwlettend werd gemonitord met behulp van een speciaal instrument genaamd nabij-infraroodspectroscopie, in combinatie met realtime tracking van hart- en bloeddrukgegevens.
De onderzoekers hoopten dat de hightech-aanpak complicaties zoals nierproblemen of hartproblemen na de operatie zou helpen voorkomen. Maar hoewel de technologie wel hielp om het zuurstofgehalte in het lichaam tijdens de operatie te stabiliseren, was er in het algemeen geen sprake van een lager aantal complicaties. Ongeveer 47 procent van de patiënten in beide groepen ondervond ten minste één ernstig probleem na de operatie.
"Een hartoperatie is een ingrijpende gebeurtenis in iemands leven, en complicaties kunnen blijvende gevolgen hebben", zo stelt LZ Meng, hoogleraar klinische anesthesie van de medische faculteit van de IU en medeauteur van de studie. “Door nieuwe tools en benaderingen zorgvuldig te testen, kunnen we leren wat het herstel van de patiënt echt bevordert, en - net zo belangrijk - wat dat niet doet. Zo brengen we de sector vooruit en verbeteren we de zorg voor elke patiënt die de operatiekamer binnen komt."
Vervolgonderzoek nodig
Toch is er wel degelijk een mogelijk veelbelovende conclusie volgens de onderzoekers. Zo zouden minder patiënten in de hightech-groep een longontsteking hebben gekregen (9,1% versus 12,4%). Er is echter meer onderzoek nodig om te bepalen of dit verschil gebaseerd is op toeval of op omdat inzet van de high tech monitoring patiëntresultaten kan verbeteren.