De almaar toenemende druk op de zorg vraagt om innovatieve oplossingen die aansluiten bij de wensen van de patiënt. Een veelbelovende ontwikkeling is telemonitoring als alternatief voor acute ziekenhuisopname via de spoedeisende hulp (SEH). In een pilotstudie in het Maastricht UMC+ is onderzocht in hoeverre telemonitoring vanuit de SEH haalbaar is, wat patiënten en zorgprofessionals ervan vinden en bij welke patiëntengroep het inzetbaar is.
De studie richtte zich op volwassen patiënten die overdag op de SEH werden beoordeeld door een internist of arts-assistent. Na het geven van toestemming vulden 98 patiënten een vragenlijst in over hun voorkeuren en drempels ten aanzien van telemonitoring. Een deel van hen werd ook daadwerkelijk uitgerust met een telemonitoringsysteem, waarmee zij 24 uur op afstand werden gevolgd.
Telemonitoring pilot
Voor de telemonitoring werd gebruik gemaakt van een patch die hartslag, ademhalingsfrequentie en temperatuur via een app of ziekenhuisserver doorgaf. De patient hoefde zelf geen handmatige acties uit te voeren. De verzamelde data werd niet zichtbaar voor zorgverleners of patiënten, zodat een objectieve beoordeling van gebruiksvriendelijkheid en ervaring gegarandeerd kon worden
De belangrijkste voorwaarden voor patiënten om ziekenhuisopname te vervangen door thuismonitoring waren:
- Gegarandeerde ziekenhuisopname bij verslechtering (96,9%)
- 24/7 contactmogelijkheid met het behandelteam (90,8%)
- Aanwezigheid van iemand thuis voor toezicht (72,4%)
Tegelijkertijd zagen patiënten ook duidelijke barrières. De meest genoemde waren:
- Behoefte aan behandelingen die niet thuis gegeven kunnen worden (zoals infusies)
- Zich te ziek voelen om naar huis te gaan
- Onveiligheidsgevoel bij thuiskomst
Slechts 11,2 procent van de patiënten gaf aan dat ziekenhuisopname voorkomen had kunnen worden met telemonitoring; nog eens 6,1 procent zag het als een mogelijkheid onder voorwaarden. Zorgverleners waren iets voorzichtiger in hun inschatting. Artsen vonden dat bij 7,2 procent van de patiënten opname vermeden kon worden, verpleegkundigen bij 10,4 procent. De overeenstemming tussen patiënt en professional was ‘beperkt tot matig’.
Ervaringen van patiënten
De patiënten die daadwerkelijk telemonitoring ondergingen, gaven aan het systeem comfortabel en eenvoudig te vinden. Het bood rust en vertrouwen. Alle deelnemers gaven aan dat ze het zouden aanbevelen aan familie en vrienden. Belangrijk is dat deze patiënten een relatief laag zorgprofiel hadden. Zij hoefden niet naar de intensive of medium care, en woonden binnen 15 kilometer van het ziekenhuis.
Gedurende het gebruik werd driemaal daags een controlemoment ingepland voor vitale waarden, eventueel ondersteund door telefoongesprekken over de beleving van het systeem. Ernstige complicaties deden zich in deze beperkte groep niet voor.
Telemonitoring is al langer in gebruik bij patiënten met chronische aandoeningen en laat daar goede resultaten zien qua veiligheid, tevredenheid en kostenbesparing. De overstap naar acuut gebruik in een SEH-setting is echter relatief nieuw. Tijdens de COVID-19-pandemie werd al voorzichtig geëxperimenteerd met monitoring van bijvoorbeeld zuurstofsaturatie bij thuisblijvende patiënten. Deze studie bouwt hierop voort en biedt nieuwe inzichten.
Voorzichtig positief
Telemonitoring kan onder de juiste voorwaarden een veilig en patiëntvriendelijk alternatief zijn voor ziekenhuisopname, zelfs vanuit een acute setting zoals de SEH, zo conculderen de onderzoekers naar aanleiding van de pilot. Dit vraagt echter om zorgvuldig geselecteerde patiënten, duidelijke afspraken over bereikbaarheid van zorgprofessionals, en voldoende ondersteuning in de thuissituatie.
De pilotstudie toont aan dat er draagvlak is bij patiënten én zorgverleners voor deze innovatieve zorgvorm. Verdere grootschalige studies zijn nodig om te bepalen welke patiëntengroepen daadwerkelijk in aanmerking komen en om structurele implementatie binnen het acute zorgpad te realiseren.
SEH-monitorting in het LUMC
Op de SEH van het LUMC werd eind vorig jaar gestart met het op afstand, zij het wel binnen de muren van het ziekenhuis, gestart met het monitoren van low-care patiënten, zoals mensen met pijn op de borst maar zonder intensieve zorgbehoefte. Deze patiënten kunnen kiezen voor mobiele hartmonitoring in plaats van aan een bed gekoppeld te blijven.
De patiënten krijgen een zender met borstelektroden omgehangen die hartritmegegevens draadloos doorstuurt naar een centraal bewakingssysteem, waarbij zorgverleners onmiddellijk worden geïnformeerd bij afwijkingen. De patiënten mogen zich binnen een afgebakende zone rond een speciale low‑care lounge vervolgens vrij bewegen. Dat zorgt niet alleen voor meer comfort bij deze patiënten, maar maakt ook kamers vrij voor zwaardere patiënten.